Alweer een aantal jaar geleden schreef ik een blog, eigenlijk meer een open brief (Geachte heer/mevrouw – ASS-enzo), nadat mijn oudste midden in een winkelcentrum een enorme meltdown kreeg. Alleen met 2 kinderen, 1 in meltdown 1 in tranen. Die momenten staan me nog erg helder voor de geest. Nu jaren later voel ik nog precies wat ik toen voelde als ik eraan terugdenk. Zelfs nu we al vele soortgelijke situaties en andere lastige situaties achter de rug hebben. We zijn nu wat jaren later, en de meltdowns van toen gebeuren nu bij de oudste niet meer op die manier. Er is geleerd weg te lopen uit de situatie, wat weer andere lastige situaties met zich mee brengt, maar een stuk minderaandacht trekt. Toch voelen de woorden nog steeds hetzelfde en zou ik de brief zo opnieuw schrijven. Dit keer niet uit mijn oogpunt maar uit het oogpunt van mijn dochter….
Het is nogal iets als je als 14-jarige zo hoog in je spanning zit dat je hele lichaam verstijfd en je eigenlijk alleen nog maar kan gillen. Dat moment dat even diep ademen echt niet meer een optie is om de spanning ook maar iets omlaag te krijgen. Jarenlang was er keer op keer de shutdown, maar nu de spanning eigenlijk elk moment al te hoog zit is er de paniek die eruit barst. Vaak zag ze de andere mensen niet, was ze zich niet bewust van de omgeving. Tot pas geleden, paniek, rust zoeken ging niet, dus rustig tegen haar blijven praten en ineens was daar die ene zin; “En het helpt ook niet dat die stomme mensen me dom aan gaan kijken!” Hard schoot het haar mond uit en ik hoop dat de mensen die haar aan stonden te staren zich doodschaamde. Want als je niet kan helpen, en geloof me op dat moment is een vreemde die tegen haar praat niet helpend, loop dan door.
Het raakt me wetende dat er vele kinderen, pubers maar ook volwassene rondlopen die op de momenten dat ze zich slecht voelen, maar daar even niet naar kunnen handelen, bekeken, aangestaard en beoordeeld worden. Niemand wil dat op het moment dat het niet gaat. Ben je geraakt als omstander, neem je afstand en pas als daar de ruimte voor is vraag je of je kan helpen. Maar anders, loop door, ga je eigen weg en oordeel niet, dat wil je tenslotte ook niet als het jezelf zou overkomen.